Hoe Nederland worstelt met de grote mondiale veranderingen bleek uit de discussie over het terugdringen van vluchtelingenstromen en de samenwerking met dictators. Hier vindt een botsing plaats tussen het postmoderne Europa en de harde realiteit van de internationale betrekkingen. Cru gezegd houden linkse partijen vast aan het postmoderne idee van humanitaire veiligheid, terwijl rechtse partijen teruggrijpen op klassieke opvattingen over veiligheid.
Het initiatief van de VVD de grenzen voor asielzoekers dicht te gooien en de uitspraken van Halbe Zijlstra over de noodzaak met dictators samen te werken, zijn daarvan een mooi voorbeeld. Het idee van dichte grenzen werd door een Kamermeerderheid afgeserveerd, terwijl de PvdA Zijlstra’s uitspraak over dictators als ‘onverantwoord en contraproductief’ verwierp.
Minder ruimte
Toch ben ik ervan overtuigd dat meer traditionele opvattingen over veiligheid het winnen. In een verzwakt Europa, dat wordt bedreigd door in chaos wegzinkende landen en dat zich staande moet houden in een wereld waarin landen als China en Rusland steeds hardere machtspolitiek voeren, is domweg minder ruimte voor een ethische en morele buitenlandse politiek.
Want ethiek en moraliteit zijn in de buitenlandse politiek een afgeleide van macht. Een verzwakt Europa kan minder afdwingen. Dat geldt zeker voor zaken als mensenrechten.
De chaos rond Europa eist inderdaad een nieuwe kijk op het vluchtelingenvraagstuk. Overigens: 97 procent van de Syrische vluchtelingen wordt in de eigen regio opgevangen. In landen als Jordanië dreigt daardoor sociale en politieke ontwrichting waardoor, als het land explodeert, Jordanië zelf een producent van vluchtelingen kan worden. Die landen moeten dus op alle mogelijke manieren met geld en goederen worden geholpen. Als Zijlstra het idee had gelanceerd van veilige gebieden, hadden we nu een ander en veel constructiever debat gehad.
Koerdistan
Begin jaren negentig begonnen de Britten Operation Haven. Zij bezetten het noorden van Irak om de Koerden te beschermen. Die missie ging over in de door Amerika geleide Operation Provide Comfort, die onder meer voorzag in een vliegverbod voor Saddam Husseins luchtmacht boven Koerdisch gebied. De hele operatie werd een groot succes en vormde de basis voor het autonome en redelijk welvarende Koerdistan in het noorden van Irak.
Dergelijke operaties kunnen worden uitgevoerd in landen als Libië, Syrië, Irak en nu Jemen. Dit vereist zonder twijfel samenwerking met regionale dictators. Overigens zijn dictators soms te verkiezen boven onmachtige democraten. In etnisch of religieus verdeelde landen zonder democratische traditie zijn zij soms nodig om de boel bij elkaar te houden.
Ik denk dat er maar weinigen zijn die vinden dat Libië nu beter af is zonder Kadafi en dat het huidige Irak beter af is zonder Saddam Hussein. Het idee dat je door omwenteling van een regime democratie en welvaart kan brengen, getuigt van een ongehoorde en onverantwoordelijke naïviteit die richtsnoer is geweest voor het westerse beleid. Zelfs Obama erkent dit nu.
Intussen lijkt een aloude les opnieuw te worden geleerd: in de internationale betrekkingen zijn niet moraliteit en ethiek, maar macht en belangen de dominante kenmerken.
Leer ermee leven.
De column van Rob de Wijk verschijnt elke week in Trouw.