Het kan geen toeval zijn dat na Nederland nu ook België ten prooi is gevallen aan een ’historische’ verkiezingsuitslag. Met zijn Nieuw-Vlaamse Alliantie streefde Bart de Wever in één klap drie traditionele partijen voorbij: christen-democraten, socialisten en liberalen. Vergelijkbaar dus met de opkomst van de PVV. Maar feitelijk passen deze verkiezingsoverwinningen in een bredere, Europese trend van de opkomst van populistische partijen en de teloorgang van de traditionele volkspartijen.
Vooral de sociaal-democraten en christen-democraten moeten het ontgelden. Versnippering en onregeerbaarheid zijn Europese kenmerken. Het is dus onzin de opkomst van de PVV toe te schrijven aan Limburgers die collectief woedend op Den Haag zijn. Kennelijk waart er een spook door heel Europa, dat er genoegen in schept opstanden tegen de gevestigde orde te ontketenen.
Is er een overeenkomst met het Revolutiejaar 1848? Rond dat jaar braken overal in Europa opstanden uit. De eis was de instelling van een liberaal politiek systeem. Opmerkelijk was dat –in een tijd zonder internet – van Frankrijk tot Italië, en van Habsburgse Monarchie tot Nederland, de revolutie werd gepredikt. Het was het jaar dat de politieke voorganger van Mark Rutte, Thorbecke, een liberale grondwet introduceerde die de macht van de Koning aan banden legde.
De jaartallen 1848 en 2010 hebben met elkaar gemeen dat de oorzaken van de revoltes niet eenduidig vast te stellen zijn. Maar vrijwel zeker zijn het reacties op grote veranderingen. In 1848 waren dat de technologische revoluties en industrialisatie, de opkomst van de pers, verstedelijking, en het ontstaan van ideologische gemotiveerde ’oplossingsrichtingen’ zoals het liberalisme en het socialisme. Destijds een explosief mengsel.
Hoewel latere historici definitief moeten oordelen, zegt mijn gevoel dat het huidige revolutiespook wederom een reactie is op grote veranderingen. Het gezeur van politici over koopkrachtplaatjes en het geneuzel over Brussel-Halle-Vilvoorde verhult dat een oplossing moet worden gevonden voor uitdagingen die onze bestaanszekerheid aantasten: de opkomst van China en andere nieuwe machten, schaarste en de noodzaak van verduurzaming, de gevolgen van klimaatverandering en de mogelijk ineenstorting van ons hele financiële systeem.
Mensen die vrezen voor hun welvaart strijden voor het behoud ervan. Die strijd is defensief en geeft het conservatisme vaart. Maar deze mentaliteit van angst creëert verliezers, geen winnaars.
In Europa zijn we het vechten verleerd. We hebben recht op welvaart, veiligheid en geborgenheid. Regeringen die dat niet kunnen garanderen, worden afgestraft. Grote groepen kiezers lopen massaal achter politici aan met grote beloften en simpele oplossingen –die ze niet kunnen waarmaken.
Dat laatste heeft het morrende volk in 1848 trouwens ook gemerkt. Veel liberale revoluties leidden tot chaos en hardhandig ingrijpen, ook door nieuwe leiders. In Nederland viel het wel mee. Hier introduceerde Thorbeckes grondwet een tolerante rechtstaat die zich langzaam ontwikkelde tot een gerespecteerde, internationaal georiënteerde, middelgrote mogendheid met een ongekend welvaartsniveau. Aan Rutte de taak het liberale erfgoed van zijn voorganger veilig te stellen.
Trouw