Bondskanselier Merkel mocht zich vanaf 2002 op opmerkelijke belangstelling van de NSA verheugen. En met haar tientallen andere leiders. Blijkbaar waren de Amerikanen op zoek naar informatie die ze zonodig via taps van bevriende regeringsleiders dachten te vinden.
Uit de geheime, door Edward Snowden gelekte documenten, zou overigens blijken dat de opbrengsten mager waren. De verontwaardiging over het afluisteren van de Duitse Bondskanselier en nu blijkbaar ook de paus, is verklaarbaar. Bondgenoten, daar blijf je van af. Maar ik denk dat veel van diezelfde protesteerders het tappen van de Syrische president Assad of de Russische president Poetin juist toejuichen.
Vreemd is dat niemand de vraag stelde waarom Merkel zich liet afluisteren. Uit de berichtgeving bleek dat ze gebruikmaakte van een gewoon mobieltje en een onbeveiligde lijn. Dat je dat doet voor het uitwisselen van niet-gevoelige informatie lijkt mij geen probleem, maar iedereen in zo’n positie zal voor gesprekken die ertoe doen een beveiligd mobieltje pakken of een beveiligde vaste lijn gebruiken. Want als de Amerikanen Merkel en de paus kunnen afluisteren, zullen de Chinezen, Russen en de Iraniërs dat zeker doen.
Handelspolitiek
En dan is er de nieuwe verontwaardiging over de mogelijkheid dat de Amerikanen niet alleen op terroristenjacht waren, maar ook economische spionage bedreven. Dat is niet nieuw. De Amerikanen doen dat sinds 1978 ten behoeve van hun handelsdelegaties, bijvoorbeeld bij de WTO. Britse en Franse inlichtingendiensten moeten zich bij wet actief met dit soort spionage bezighouden ten behoeve van de handelspolitiek van hun regeringen.
Nu het trans-Atlantische vrijhandelspact tussen Europa en Amerika wordt onderhandeld, zou het mij niet verbazen dat inlichtingendiensten aan beide zijden van de oceaan overuren maken. Het gaat om biljoenen euro’s, dus wil je elkaars onderhandelingsstandpunten vooraf kennen. Gelijktijdig kunnen Amerika en Europa, dus ook Nederland, zich op de warme belangstelling verheugen van economische spionnen uit landen als China, Iran, Israël, Rusland en Turkije.
0.2 procent
Door Snowden is een wereld opengegaan waar velen het bestaan wel van vermoeden, maar er geen idee van hadden. Het is goed dat er door hem een debat gevoerd wordt over privacy en de omvang en reikwijdte van spionage. Vooral de omvang lijkt verbijsterend. Hoewel? De 1,8 miljoen telefoontjes die de NSA vorig jaar december in Nederland onderschept zou hebben lijkt veel, maar is niet meer dan 0,2 procent van het totale telefoonverkeer van die maand. Zo bezien heeft de NSA zich dus nog ingehouden.
Snowden heeft zonder twijfel aangetoond dat de NSA is doorgeslagen en mogelijk wetten overtreedt. Minister Plasterk schreef deze week aan de Kamer dat bondgenoten niet zomaar mogen spioneren: “In Nederland geldt de Nederlandse wet, ook voor bondgenoten”. Klopt. Maar spionnen zullen zich er niet altijd aan houden.
Toch deugt Snowdens actie niet. Als iedereen die voor geheimhouding heeft getekend, toch geheimen openbaart, kunnen wij onze landen net zo goed meteen aan internationale syndicaten van misdadigers en terroristen overleveren. Of aan Chinezen en Russen. Als wij al onze economische en militaire geheimen gewoon in de krant zetten, kunnen zij zich hun spionageactiviteiten besparen.