Uiterlijk in september komt er een evaluatie van het referendum over het associatieverdrag. Ik ben benieuwd of daar ook een evaluatie van het presteren van de regering zelf in zit. Dat vond ik niet heel gelukkig.
Want een regering die ‘ja’ tegen een akkoord zegt kan er op rekenen dat boze, van de politiek afgewende Nederlanders ‘nee’ zeggen, ook al hebben ze niets tegen Oekraïne.
Waarom heeft de regering niet aan verwachtingenmanagement gedaan? Dat kon gemakkelijk door te zeggen: Wat u stemt moet u zelf weten, maar hou er rekening mee dat het verdrag voor het allergrootste deel in werking is getreden. Dit kan niet worden teruggedraaid en er is hooguit nog enige nationale zeggenschap over enkele zaken van ondergeschikt belang.
Zoals: samenwerking met het strafhof dat oorlogmisdadigers berecht, regionale stabiliteit, conflictpreventie, het tegengaan van de verspreiding van massavernietigingswapens, bestrijding van het terrorisme en samenwerking in een gemeenschappelijk buitenland- en veiligheidsbeleid.
Zonder dat verwachtingenmanagement is de indruk ontstaan dat het hele verdrag van tafel kon of dat er grote veranderingen mogelijk waren. Kamerfracties zijn daarin meegegaan door te zeggen de uitslag van het referendum over te zullen nemen. Daarmee hebben ze zichzelf tegen de muur gezet.
Het hele artikel is hier terug te lezen.
Photo credit: Christopher A. Dominic via Foter.com / CC BY-SA