Voor eurosceptici geldt Zwitserland als lichtend voorbeeld. Want dat land is soeverein en vrij van EU-terreur. Maar is dat zo?
In maart 2001 stemde 77 procent van de bevolking tegen het lidmaatschap van de EU. Dit doet inderdaad vermoeden dat de Zwitsers niets met de EU te schaften hebben. Maar dat blijkt erg tegen te vallen. Zo gaat meer dan 60 procent van de Zwitserse export naar de EU en komt ongeveer 68 procent van de importen uit de EU. Dit is geregeld in een vrijhandelsakkoord en een serie bilaterale verdragen.
Bilaterale verdragen
De voorwaarden voor markttoegang dicteert niet Zwitserland, maar de EU. In feite moet Zwitserland voldoen aan alle EU-eisen op handelsgebied. Dit heeft vervolgens geleid tot het overnemen van de EU-regels en wetten op het gebied van veiligheid, de bescherming van werknemers, burgerluchtvaart, gezondheid, onderzoek en ontwikkeling, asiel, milieu, onderwijs en cultuur. Zwitserland neemt zelfs deel aan militaire vredesmissies. Dit alles is geregeld in ‘Bilaterale verdragen 1’, in 2000 goedgekeurd door 67 procent van de bevolking.
In 2005 stemde 55 procent van de bevolking voor de ‘Bilaterale Verdragen 2’, waarin de toetreding tot de verdragen van Schengen en Dublin werd geregeld. Precies tegen deze verdragen protesteren eurosceptici in de EU. Schengen betekent open grenzen en Dublin bepaalt de procedures voor asielzoekers.
Wie naar de afspraken kijkt, ontkomt niet aan de conclusie dat Zwitserland zich vrijwillig heeft onderworpen aan de EU-wet- en regelgeving.
Soevereiniteit
Dit grijpt diep in, om met de eurosceptici te spreken, in de soevereiniteit van het land. In ruil daarvoor krijgt het land wel meer welvaart: tarieven zijn opgeheven, studenten hebben toegang tot het universitaire Erasmusprogramma en er is toegang tot de tientallen miljarden euro’s van het Horizon 2020-programma dat gericht is op economische groei door innovatie. Ja, zelfs heeft Zwitserland toegang tot EU-subsidies voor filmmakers.
Zwitserland heeft zich dus vrijwillig met handen en voeten aan de EU verbonden. Zelfs zo erg dat referenda een directe bedreiging voor de economische groei zijn gaan vormen.
In februari 2014 vond een referendum plaats over ‘massa-immigratie’. Er werd een wet aangenomen die in quota voor immigranten uit de EU voorzag. Schengen bleef overeind, maar de grens met het nieuwe EU-lid Kroatië werd nu gecontroleerd.
Furieus
De EU-lidstaten reageerden furieus, want hier werd een fundament van de welvaart van de EU aangetast, namelijk het vrije verkeer van mensen. Er werd gedreigd met beëindiging van Bilaterale verdragen 1, waardoor Zwitserland markttoegang tot Europa zou verliezen.
Grote Zwitserse multinationals lieten daarop weten mogelijk te gaan verhuizen. Als eerste stap werd de toegang tot het Erasmusprogramma en Horizon 2020 geblokkeerd. Zwitserse ondernemingen konden daarom nauwelijks meer talent uit de EU-landen aantrekken.
Zoals met zoveel referenda bleek de burger zich in de eigen voet te schieten. De Zwitsers reageren misschien opgelucht nu de lidstaten van de EU zelf driftig bezig zijn Schengen om zeep te helpen. Dat zal dan een schrale troost zijn, want ook nu betaalt de burger de rekening. Ruim 100 miljard euro om preciezer te zijn.
De column van Rob de Wijk verschijnt wekelijks in Trouw.
Photo credit: thisisbossi via Foter.com / CC BY-SA