Terwijl duizenden demonstranten in Iran de straat op gaan om hun afschuw over het neerhalen van een Oekraïens verkeersvliegtuig kenbaar te maken, voorspellen sommigen in Amerika en Europa het einde van het regime in Teheran. Vreemd, want een paar dagen daarvoor gingen nog honderdduizenden de straat op om de vernietiging van Amerika te eisen en de ayatollahs en generaal Soleimani te eren, schrijft Rob de Wijk in zijn wekelijkse column voor Trouw.
In het radioprogramma ‘Met het Oog op Morgen’ vatte de Iraans-Nederlandse Sara Mehrinejad deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheid goed samen: Iraniërs willen geen ‘westerse interventies’ in hun land en kunnen dus tegelijkertijd het onderdrukkende regime van de ayatollahs, het neerhalen van het vliegtuig en de eliminatie van Soleimani veroordelen. Wie een einde wil aan het Iraanse regime doet er dus goed aan zich zo weinig mogelijk met de binnenlandse politiek van het land te bemoeien. Steuntweets in het Engels en het Farsi van president Trump en zijn minister van Buitenlandse Zaken Pompeo kunnen daarom wel eens averechts werken.
De sancties die Trump opnieuw heeft ingesteld doen wat dat betreft hun werk beter. Ze zijn mede de oorzaak van de aanhoudende protesten tegen de economische situatie waardoor het bewind in het nauw wordt gebracht. Voor tegenstanders van het bewind is dat mooi, maar tegelijkertijd kan niet worden genegeerd dat er inmiddels 1500 demonstranten zijn gedood.
Neerhalen van verkeersvliegtuig
Die doden zijn het indirecte en ongewilde gevolg van het opzeggen van de Iran-deal en het opnieuw instellen van sancties. Dat geldt ook voor het neerhalen van het vliegtuig door de Revolutionaire Garde. Net zoals de crisis tussen Rusland, het Westen en Oekraïne uiteindelijk leidde tot het ongewild neerhalen van de MH17, leidde de crisis tussen de Verenigde Staten en Iran ongewild tot het neerhalen van een verkeersvliegtuig nabij Teheran. En net zoals de MH17 niets aan de situatie in Oekraïne heeft veranderd, zal ook het neerhalen van het verkeersvliegtuig in Iran weinig gevolgen hebben.
Amerika gaat gewoon door met zijn politiek van het isoleren van Iran en het opvoeren van de economische druk. Het is echter de vraag of dat veel effect gaat hebben. Want de ayatollahs zullen deze dreiging van buiten gebruiken om de bevolking achter zich te krijgen. Ze zullen doorgaan met harde repressie van demonstranten en hun inspanningen verdubbelen om de Amerikanen uit het Midden-Oosten te verdrijven. Zolang de oppositie verdeeld is en geen aansprekend gezicht heeft, zit een revolutie er niet in.
Gemotiveerd om de Amerikanen te verdrijven
Buiten Iran kunnen de ayatollahs nog steeds een beroep doen op de vele sjiitische milities of ‘proxies’ in landen als Irak, Jemen, Libanon en Syrië. Die strijdgroepen zijn gemotiveerder dan ooit, omdat met Soleimani ook Abu Mahdi al-Muhandis, de leider van het Iraakse pro-Iraanse Kataib Hezbollah, om het leven kwam. Bovendien pleegden de Amerikanen een mislukte aanslag op Abdul Reza Shahlai, die voor Soleimani de strijd in Jemen faciliteerde.
Daarmee werd duidelijk dat de eliminatie van Soleimani onderdeel was van een bredere campagne om Iraanse operaties in het hele Midden-Oosten te treffen. Die wetenschap verzwakt het netwerk van pro-Iraanse milities niet, maar zij zullen juist meer gemotiveerd raken om de Amerikanen te verdrijven. Voor de ayatollahs is dat voorlopig goed nieuws.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.