Tot ergernis van andere landen kwam het kabinet-Rutte vorig jaar met een ‘intelligente lockdown’. De boodschap was duidelijk: in de strijd tegen Covid-19 doen wij Nederlanders het goed en jullie doen het fout. Wat het aantal besmettingen betreft, scoorde Nederland in die tijd niet echt goed. Maar de economische klap was in dit land inderdaad minder dan in de rest van Europa.
Nu is het gebeurd met Nederland gidsland. Onze vaccinatiestrategie is een ramp. We zitten in de top van het aantal besmettingen en sociale onlusten. Een blik op de internationale berichtgeving is voldoende om te zien dat het buitenland met stijgende verbazing naar ons kijkt.
In de talloze videoconferenties waaraan ik deelneem komt Nederland naar mijn smaak te vaak aan de orde. Dat begon al in de aanloop naar de Europese top van juli vorig jaar. Toen verzette Nederland zich met hand en tand tegen gezamenlijke leningen en giften voor de zwaarst getroffen landen en werden vooral de Italianen ongehoord geschoffeerd. In Nederland is deze episode allang vergeten, maar dat geldt niet voor het buitenland. Dat verklaart waarom met verbazing en leedvermaak naar het huidige geworstel met Covid-19 wordt gekeken.
Het systeem wordt technocratisch en ingewikkeld
De verklaring van dit falen is dat het Nederlandse systeem van polderen alleen met mooi weer werkt. Polderen is in de loop van de tijd verworden tot het regelen van deelbelangen van politieke partijen, groepen in de samenleving en lobbyclubs. Om al die belangetjes een plek te geven wordt het systeem technocratisch en ingewikkeld en snapt niemand meer hoe we wat willen bereiken. In crisistijd loopt het dan van de rails. Dit wordt versterkt door de bewuste keuze van opeenvolgende kabinetten om te decentraliseren en af te zien van een sturende rol tijdens crises. Het voortouw ligt bij de veiligheidsregio’s, maar die zijn blijkens een recente evaluatie van de Wet op de veiligheidsregio’s niet ingericht op samenwerking, terwijl dat bij landelijke crises noodzakelijk is.
Je mist een beetje de centrale, militaire aansturing, verzuchtte Diederik Gommers, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care, aan het begin van de crisis. Minister Hugo de Jonge beklaagde zich in NRC Handelsblad (27 november 2020) dat het beheersen van de crisis van improvisatie aan elkaar hangt en dat centrale regie bijna onmogelijk is.
Dat krijg je in een land waar regeren niet langer leiden is, maar het vooral gaat om het regisseren van deelbelangen. Kennis en ervaring spelen daarbij een steeds kleinere rol.
De lessen zijn genegeerd
Zo heeft de Kamer nooit behoorlijk over pandemieën gediscussieerd, terwijl die door de risicobeoordelingen van het kabinet als de grootste bedreiging werden gezien. Tussen 2011 en 2018 braken in 172 landen ongeveer 1500 pandemieën en epidemieën uit, maar de lessen zijn door beleidsmakers genegeerd. Economische chaos en toename van het aantal zelfmoorden zijn bekende fenomenen. De NCTV waarschuwde in oktober nog voor opstanden, aangejaagd door de sociale media.
Als het vervolgens fout gaat, begint het zwartepieten en berijdt iedereen zijn eigen stokpaardje. Links geeft het neoliberalisme en bezuinigingen de schuld, rechts de massa-immigratie en lage straffen. De echte reden is dat door politieke nalatigheid een bestuurlijk systeem is geschapen waarmee geen crisis kan worden opgelost.
Rob de Wijk, Trouw, 28 januari 2021
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.